Nepal week 2

Dinsdag 24 december 2013

Vroeg wakker in de hoop nog een warme douche te kunnen nemen, maar helaas weer geen warm water. Ach, frisheid is hier niet al te belangrijk en je past je snel aan, dat gaat vanzelf. We laten een tas met o.a. souvenirs en vuile kleding achter in het depot van het hotel. Onze chauffeur, dezelfde als de dag ervoor, staat al klaar om ons deze dag naar Chitwan te brengen. We nemen nu een route die we nog niet eerder hebben gereden. We blijven ons verbazen over het verkeer, vrij gevaarlijk om hier in een auto te zitten, vooral bij inhaalmanoeuvres sta je soms doodsangsten uit. Buiten de stad beginnen we met de afdaling. De weg is in principe geasfalteerd maar er missen vaak flinke stukken en er zitten grote gaten in de weg of er liggen enorme keien. Iedereen gebruikt hier graag de claxon of seint met zijn lichten. We drinken even koffie bij een voor Nepalese begrippen luxe restaurant terwijl onze chauffeur in de kelder zijn Dahl Baht maaltijd eet. Echt schoon is het hier niet.

De weg is vooral bevolkt met vele gekleurde Indiase vrachtwagens. Sommige zijn behoorlijk gaar en ze zijn alle van binnen behangen met plastic slingers, bloemen en andere kitsch dingen. Er zijn ook veel Toyota busjes, vaak heel nieuw, waar altijd opstaat: Tourist Only. Ze rijden vaak als gekken, halen onverantwoord in, er ontstaan regelmatig levensgevaarlijke situatie’s. We zijn blij met onze oudere chauffeur die voor Nepalese begrippen vrij behoudend rijd ook al heeft hij soms actie’s waarbij we ons weer even rot schrikken. Regelmatig moeten we ook hier weer soort tol betalen voor wegonderhoud. Helaas weinig van te merken in de kwaliteit van de weg. Bij Mugling verlaten we de hoofdweg die naar Pokhara loopt. De weg wordt steeds smaller, allemaal kleine dorpjes, iets minder hectisch en uiteindelijk bijna geen bebouwing meer. Wederom weer velden met het gele mosterdzaad.

Na 5 uur rijden arriveren we bij Sapana Village Lodge. Het is een ontwikkelingsproject met Nederlandse ondersteuning gebouwd. Het complex en de kamers zien er prachtig uit, zo luxe hebben we het nog niet gehad. Het project ondersteunt vooral de plaatselijke Tharu bevolking door werk te bieden en bijv. vrouwen te leren om kleding, dekens en souvenirs te maken om in hun eigen onderhoud te kunnen voorzien. We lunchen eerst en krijgen uitleg van de manager over ons programma de komende 2 dagen. We gaan zelf een beetje op ontdekkingstocht uit en lopen naar het dorpje aan de overkant van de rivier. Mensen zijn allemaal bezig of zitten te genieten in het zonnetje. Kinderen spelen, dieren lopen rond te scharrelen. Einde van de middag zijn we terug en hebben nog even tijd om te lezen. We kijken nog even bij de huisolifanten. 1 van de olifanten is zwanger en zou in principe ieder moment kunnen bevallen. We mogen de olifanten zgn “snoepjes” van stro met rijst erin geven.

Toch wel bijzonder deze enorme dieren van zo dichtbij te zien. Eindelijk kunnen we weer eens van een warme douche genieten. Als we net klaar zijn valt ook hier de stroom uit. Inmiddels hebben we altijd een zaklamp voor het grijpen, want we weten dat dit regelmatig kan gebeuren, overal waar je komt in Nepal. Er is deze avond een speciaal “kerst-diner”met kip welke boven het vuur in de tuin is bereid. We krijgen ook allemaal een cadeautje: een boekje en een sleutelhanger gemaakt door de vrouwen van het Womens Skill’s Project.

Woensdag 25 december 2013

Iets na 7 uur zitten wij alweer aan het ontbijt, het is deze dag flink bewolkt. Omdat we net een groep Chinezen voor ons hebben moeten we bijna 3 kwartier op ons eten wachten. En dit terwijl we om 8 uur op excursie gaan. Het wordt dus even snel eten en ze moeten helaas even op ons wachten. We worden met de auto een stukje verderop naar de grote rivier gebracht, welke de grens vormt met het Nationaal Park. Er staan al vele olifanten klaar met een houten rekje op de rug. Via een trapje kunnen we in de bakjes stappen, met z’n vieren gaan we in 1 bakje. Comfortabel is anders maar wel een aparte ervaring.

We moeten eerst de rivier passeren voor we de jungle ingaan. Het hobbelt behoorlijk. De olifanten pakken allemaal hun eigen pad en  we gaan door smalle bospaadjes, waar de olifant zijn weg door baant. Onderweg zien we vele pauwen, ijsvogels, een krokodil bij de rivier en  verschillende soorten hertjes. Het voordeel van op een olifant zitten is dat dieren niet schrikken, zo blijven ze ook rustig liggen of staan.  Het meest bijzondere wat we te zien krijgen is een moeder neushoorn met baby. Ook deze blijven rustig staan, al staan er verschillende olifanten om hun heen. Het was een bijzondere ervaring, maar begrijpen ook wel waarom de olifantenritjes ook ter discussie staan. Er moet heel wat kracht te pas komen om een olifant te temmen al hebben wij geen vervelende dingen gezien. Rond 10 uur zijn we terug bij het beginpunt.

We voeren nog wat bananen aan de olifanten en gaan dan terug naar de lodge. Omdat we een paar uur niets te doen hebben besluiten we zelf nog even terug te lopen naar de rivier om alles op ons gemak nog eens even te bekijken. Het is nu een stuk rustiger bij de olifantenritten. Sommige olifanten zijn ontdaan van hun zitje op de rug en de berijders zitten gezamenlijk iets te eten en te drinken. We nemen in 1 van de stalletjes een kopfje koffie met melk, dat betekent hier een plons gekookte melk met een schepje Nescafé. We kopen nog wat bananen, biscuitjes en wat drinken. Alles wat je hier koopt is vaak al een jaar over de datum. Het is allemaal echter nog prima te eten en wij hebben er niets van gekregen. We voeren nog bananen aan de huisolifanten van de lodge.

Om half 2 staat er weer een auto voor ons klaar voor onze kanotocht en junglewandeling. Samen met een Duits gezin stappen we in een houten boomstamkano. Voorin zit de gids en achterin staat een man met een grote stok die ons vooruit beweegt. Wat een rust op de rivier, zo zien we vele vogels, waaronder verschillende soorten kleurige ijsvogels. Maar ook 2 soorten krokodillen, 1 die vis eet met een lange smalle snuit en 1 die zoogdieren eet zoals herten. Na zo’n 40 minuten stappen we uit de kano en gaan we te voet verder.

We krijgen instructie wat te doen bij een ontmoeting met een neushoorn (zigzaggen en in een boom klimmen, een wilde olifant (rennen naar een dicht bos zo hard als je kan), tijger (aankijken en langzaam teruglopen) en een beer (bij elkaar blijven, groot maken en veel lawaai maken). En dan mogen we het bos in, we weten nu niet of we eigenlijk wel een dier willen tegen komen. Als we al even onderweg zijn zien we in de verte een neushoorn in het water. De gids gaat proberen dichterbij te komen. We moeten heel stil ons verplaatsen en uiteindelijk moeten we het met een glimp doen want de neushoorn heeft een baby en het is te gevaarlijk om dichtbij te komen. Later zien we nog wilde zwijnen en herten.

Vlak voor het einde van de wandeling wordt er een wilde olifantenbul gespot vlakbij het Breeding center. Deze wil graag paren met de vrouwtjes die in het Breeding center verblijven. Wilde olifanten zijn de meest gevaarlijke dieren, 3 dagen geleden was er hier nog een dodelijk ongeval, een kind van 1 van de lokale mensen alhier. De moeder was ook gewond geraakt en moest naar het ziekenhuis. We lopen dus met een zeer grote boog om deze olifant heen. Via een brug steken we de rivier weer over en wachten op ons vervoer.

Het is dan inmiddels alweer half 6 als we terug zijn bij de lodge. We zijn weer blij met een warme douche en hebben inmiddels wel trek gekregen. Ook deze keer hebben we een grote groep voor ons, deze keer Amerikanen, en moeten we wederom iets langer op ons eten wachten. Uiteindelijk is het eten verder weer prima. Via onze telefoon en de wifi-verbinding lukt het ons om nog een stukje op de blog te plaatsen.

Donderdag 26 december 2013

Deze ochtend kunnen we een keer uitslapen, dus pas om 8 uur aan het ontbijt. Helaas ook deze morgen is het weer mistig, we hebben hier nog geen helder weer gehad. We hebben de ochtend vrij. We kopen een olifantje in de shop van het Womens Skills Project en pakken alvast een rugzak voor vannacht. De komende nacht zullen we overnachten in een jungletower. Onze koffers kunnen we achterlaten op onze kamer want de lodge is niet volgeboekt. We gaan weer eens kijken bij de 2 huisolifanten. De zwangere olifant wordt op dat moment gewassen. Ze blijkt beschilderd te worden voor het olifantenfestival welke deze dag zal starten in het dorp. We worden gevraagd of we misschien mee willen helpen. Nou, dat vinden wij natuurlijk wel heel speciaal. Zo dicht bij zo’n immens dier en dan met krijtjes mooie tekeningen op zijn huid maken. Wij vonden het in ieder geval een hele bijzondere ervaring en we zijn trots op het resultaat.

Rond half 12 gaan we op de fiets naar het olifantenfestival. Alles is nog in opbouw. Voor 10 NRS mogen we onze fiets op een speciale fietsen parkeerplaats stallen. We kringen ook netjes een bonnetje. Er is ook een motor parkeerplaats, geen auto parkeerplaats want auto’s zijn hier nauwelijks. We hoeven geen entree te betalen. Er zijn vele eettentjes, mensen die etenswaren verkopen zoals aardappels, sinaasappels en pinda’s of mensen die iets te drinken verkopen. We lopen gewoon rond en het is leuk om mensen te kijken. We eten bij 1 van de eettentjes een bordje noodles met vissen en een fles water. Voor 150 NRS zijn we klaar. Helaas kunnen we maar tot kwart over 2 blijven. Om kwart voor 2 is de officiële intocht met vooraan de versierde olifanten en daarna een optocht van prachtig geklede dames met soort bloempotten op hun hoofd. Het ziet er in ieder geval zeer kleurrijk uit.

We moeten het helaas achter ons laten omdat wij om half 3 naar een Tharu dorp worden gebracht. Hier zullen wij eten gaan bereiden met de lokale bevolking. We worden naar 1 van de huisjes in het dorp gebracht en maken kennis met de familie. We krijgen een glas water, bloemen en een thika, een rode stip op ons voorhoofd. Dit is het welkomstgebruik. Dan brengen wij eerst onze spullen naar de jungletower waar we zullen overnachten. Hiervoor wordt speciaal het hek van het nationaal park voor ons open gedaan. Het is prachtig alhier en voor ons steekt nog een wild zwijn en een hert over. We komen uit op een soort open plek en daar staat de jungle toren. We slapen helemaal bovenin de toren. Twee bedjes met een klamboe, een tafeltje en een houten stoel. Geen elektriciteit en buiten staat er een waterpomp. We maken onze bedden alvast gereed want we zullen die avond in het donker terugkomen.

Met de vrouw van de familie waar we te gast zijn gaan we op zoek naar varens in het park. De jonge gekrulde blaadjes moeten we plukken voor onze avondmaaltijd. Dit is nog best lastig. De gids laat ons ook allerlei andere planten zien die voor verschillende doeleinden gebruikt kunnen worden, zo ook als medicatie. Als we voldoende varens hebben geplukt lopen we terug naar het dorp.

Hier wordt de groente verder klaargemaakt, de aardappelen in stukjes gehakt met een groot mes en de pepers met knoflook en andere kruiden geplet is een soort vijzel, welke een holle steen is voor de deur van de keuken. Dit alles wordt op een houtvuurtje klaargemaakt met mosterdzaadolie. De kinderen uit de buurt lopen regelmatig binnen, iedereen wil even naar de toeristen kijken. 1 van de meisjes komt met armbanden aan voor Leontine. Uiteindelijk krijgen we een bord met eten met een glas zelfgebrouwen rijstwijn. Het eten is wederom flink pittig. De gids vertelt ons dat in dit dorp per 3-4 huizen een waterpomp aanwezig is. Mensen doen veel samen en ook maaltijden worden vaak met elkaar gedeeld. De toeristen die dit dorp bezoeken worden steeds bij een andere familie gebracht, er zijn 16 familie’s die meedoen in dit project.

We doen een rondje door het dorp met onze gids en hij laat ons zien hoe de huizen hier gebouwd worden en wat het verschil is tussen “olifanten-gras”en “neushoorn-gras” qua sterkte en gebruik. Mensen zitten ‘s-avonds veelal gezamenlijk buiten bij een vuurtje, zeker nu i.v.m. de winterkou. Als we terugkomen krijgen we ook nog een maaltijd Dahl Baht. We zien dat de rijst gekookt wordt op een andere manier. Er blijkt ook een biogasinstallatie in dit dorp aangelegd te zijn. Echter mensen maken het eten vaak toch nog op het houtvuur omdat zij dit lekkerder vinden. Voor rijst maakt het ze niet zoveel uit dus gebruiken ze dan de biogas. Om half 9 gaan we in het donker terug de jungle in. Best spannend om in het donker hier te lopen met al die geluiden. Naast de gids gaat er ook iemand mee uit het dorp om over ons te waken. We poetsen onze tanden bij de waterpomp en dan naar boven op te slapen. We duiken onze slaapzakken in die we al eerder hadden klaargelegen.

Vrijdag 27 december 2013

Om 6:30 uur worden wij gewekt door de gids, we hebben vrij goed geslapen. Helaas is het weer mistig en hebben we zeer slecht zicht. Terwijl we staan te kijken horen we een soort geplons. De gids gaat op onderzoek uit en wij moeten dichterbij komen. In de mist zien wij inderdaad de contouren van een neushoorn met jong. Helaas verdwijnt hij de mist en het bos in. We pakken onze spullen weer in en maken nog een vroege wandeling door de jungle voor we teruggaan naar het dorp. Bij de familie drinken we nog een kopje thee en bedanken we ze voor de gastvrijheid. Om 9 uur zijn we weer terug bij de lodge waar we nog kunnen ontbijten. Het restaurant is dan al helemaal leeg, we zijn de laatste die nog ontbijten.

Onze koffers worden weer ingepakt en deze gooien we alvast achterin de auto bij onze chauffeur. De oudere man met de Corolla heeft alle dagen hier op ons gewacht en zal ons nu ook weer naar de volgende bestemming brengen. We spreken af dat wij nog even naar het  olifantenfestival gaan, dus springen we weer op de fiets. Helaas is er nog weinig activiteit dus lopen we nog richting de rivier. De mist  is inmiddels opgetrokken, de lucht wordt blauw en de zon gaat flink schijnen, we krijgen het gewoon warm. We komen weer langs kleine huisjes en prachtige mosterdzaad velden in bloei. Een oudere vrouw wenkt ons als wij een foto maken van het mosterdveld. Zij gaat zitten met alle kinderen om haar heen en wij moeten een foto van haar maken. Een prachtig portret, en deze keer wordt er niet om geld gevraagd. We vinden het wel erg leuk dat we dit mogen doen en geven ons zakje pinda’s aan de kinderen die er erg blij mee blijken te zijn.

Bij het olifantenfestival kijken we nog naar de binnen komende olifanten, paardenkarren en ossenkarren. We eten bij hetzelfde eettentje als de dag ervoor en fietsen dan maar terug naar de lodge omdat we beloofd hadden om 12.30 uur terug te zijn. Bij de lodge zeggen we de manager gedag en stappen we weer in de ons welbekende Corolla. Onderweg weer hetzelfde gekkenhuis. Voor ons zien we nog 2 motoren op elkaar botsen. 1 man heeft geen helm op en hij klapt met zijn hoofd op straat en blijft doodstil liggen. Er komen gelijk allemaal mensen aangerend, 1 man pakt de betreffende man van straat en rent met hem weg, anderen ruimen de motor en de spullen van de weg.  De weg is weer vrij. Van de andere motorrijder geen spoor, die is gewoon doorgereden. Wij zijn er wel even van geschrokken.

Na 2 uur rijden zijn we terug op het kruispunt bij Mugling en nu slaan we af richting Pokhara. Bij Dumre verlaten we weer de weg en klimmen we flink omhoog. Gelukkig is er weinig verkeer op dit smalle weggetje en van een vangrail hebben ze hier nog niet gehoord. Na 2,5 uur, dus rond 15 uur staan we aan de rand van het dorpje Bandipur.

Hier verlaten wij de auto en de rest moeten we lopen. Het dorpje Bandipur is autovrij en ligt op zo’n 1500 meter hoogte. Ons hotel “The Old Inn” blijkt zeer authentiek. We hebben een kamer in het oude gedeelte met lage deurtjes en met een balkon met uitzicht op de Himalayatoppen. Je ziet overal de balken lopen en de wanden zijn wit geschilderd. We drinken even iets op ons balkon en maken daarna een rondje dorp. We komen op het grote recreatieveld met de vijgenbomen en langs de zendmasten en via allerlei trappen weer terug naar de hoofdstraat. Tegenover het hotel is nog een klein paadje naar een tempel.

We kijken hier even rond als er een oud vrouwtje uit een schuurtje komt met 2 bekertjes. In deze bekertjes zit een witte warme vloeistof met een dik vel erop. Dit wordt ons aangeboden met een koek erbij. We weten niet hoe we dit nu weer moet weigeren. Echt lekker is anders maar omdat het flink heet is wagen we het er toch maar op. We willen haar graag iets teruggeven maar hebben werkelijk niets bij ons. Leontine rent terug naar het hotel en gaat ons vanochtend gekochte rol biscuitjes halen. Dit bieden we dan maar aan als dank. Het vrouwtje probeert ons duidelijk te maken dat ze in het schuurtje woont en dat het erg koud ‘s-nachts is. We hebben toch wel wat medelijden met dit vrouwtje. We krijgen ook nog bloemen uit de tempel en als onze bekertjes leeg zijn (of stiekem even over het muurtje geleegd) wordt er ergens uit een boom een soort pannensponsje gevist. De bekertjes worden schoongemaakt met water uit de tuinslang. We maken toch maar dat we wegkomen voordat we nog meer aangeboden krijgen.

Als we even later in onze kamer zitten denken we toch nog terug aan de omstandigheden van het vrouwtje van de tempel. Wij hebben een warme douche, al is het maar voor een paar minuten, klagen doen we maar niet. ‘s-Avonds doen we mee aan het Nepalese buffet want goed te eten blijkt. Na het eten kletsen we met een echtpaar uit Kathmandu. Ze hebben lange tijd in Thailand en Zwitserland gewoon en zijn nu 3 jaar terug in Nepal. De vrouw werkt voor de WHO en werd zo overal voor een aantal jaren geplaatst. Meneer was werkzaam in het bankwezen dus voor Nepalese begrippen vrij gefortuneerde mensen. Ook schuift er nog een Spanjaard aan en we kletsen deze avond over van alles en nog wat. Ook deze avond valt weer regelmatig de stroom uit en zitten we dus bij kaarslicht. Rond 21 uur gaan we allemaal terug naar onze kamer en krijgen we allemaal een warme kruik mee voor de koude nacht. Een feestje in het dal houdt ons nog tot een uur of wakker.

Zaterdag 28 december 2013

Onze dag begint alweer rond 7 uur. Heerlijk geslapen met een warme kruik en extra deken. Om half 8 krijgen we ons ontbijt aan tafel geserveerd. We kletsen nog even met de Duitsers waar we eerder in Chitwan de kano- en wandelexcursie mee gedaan hebben. En ook maken we kennis met een Nederlands gezin met 2 adoptiekinderen, 1 vanuit Nepal en 1 vanuit China. Zij hadden de dag ervoor samen met de Duitsers de wandeling naar Ramkot gedaan. Deze wandeling staat bij ons voor deze dag op het programma. Het is weer eens flink mistig en nog behoorlijk fris.

Om kwart over 9 vertrekken we met gids en beginnen al snel aan een klim waardoor de lagen kleding al snel weer uit kunnen. De mist levert ook wel aparte plaatjes op. De wereld is echter erg klein, we zien alleen ons pad. We komen vrouwen tegen die brandhout hebben verzameld en dit dan allemaal bij elkaar binden om naar het dorp te brengen. Zwaar werk en in Nepal typisch vrouwenwerk. Wij hebben er bewondering voor hoe de met enorme manden vaak op teenslippers de bergpaadjes op en af lopen. Regelmatig zie je alleen een stel benen met een enorme takkenbos erboven over het pad gaan en vaak nog snel ook. Volgens de gids doen mannen hier niet al te veel en werken ze zeker niet hard. Hij vertelt ons zelf dat hij met zijn familie een koffieplantage heeft op zo’n 3 uur lopen van Bandipur. Hij vertelt dat de koffie verkocht wordt aan hotels en restaurants maar dan niet heel veel geld op brengt. Wij hebben gelijk grootste ideeën voor hem, zoals wij gezien hebben in Costa Rica. Maar dat lijkt toch wel erg vooruitstrevend zoals wij dat bedachten. Hij kon zich niet voorstellen dat er mensen wilde komen kijken op zijn koffieplantage.

Na zo’n 2 uur lopen zonder al te veel hoogteverschillen komen we in de mist aan in het dorpje Ramkot. De gids laat ons nog de laatste  traditionele ronde huizen zien, die helaas allemaal bijna afgebroken zijn. In de plaats komen vaak de rechthoekige betonnen huizen. Overal lopen ook weer dieren rond en zijn mensen, en dan ook weer vooral vrouwen, hard bezig. Bij het uitzichtpunt, waar helaas nu geen uitzicht is, eten wij onze lunch op. Deze lunch heeft de gids meegenomen vanuit het dorp.Op het uitzichtpunt staan verschillende tafeltjes met stoeltjes en kunnen we drinken bestellen. Ze willen hier ook een soort homestay beginnen al verbazen we ons over de hokjes die er neer gezet zijn. De toiletten hebben ze op de beste plek van het terrein gezet. Er blijkt voor Nepalese begrippen al behoorlijk geld in geïnvesteerd te zijn en we vinden het jammer dat mensen blijkbaar geen goed advies hebben gekregen of gevraagd. Want de plek heeft zeker potentie, vooral als de mist wegtrekt en je een prachtig uitzicht krijgt op de witte bergtoppen en de vele terrassen met gewassen.

Rond half 1 maken we nog even een rondje door het dorp. De zon is inmiddels flink gaan schijnen en het wordt snel warm. De terugweg wordt dan ook een warm tochtje maar eindelijk kunnen we wel zien hoe de omgeving eruit ziet. Door deze hitte lijkt het ook wel of de tocht nu een stuk langer is. Het water gaat er snel doorheen, maar we hebben genoeg bij ons. De fles water, die de gids eigenlijk voor ons had meegenomen, geven we weg aan een groep vrouwen die zitten uit te rusten van hun zware brandhout-vrachten. Ze hebben helemaal niets bij zich en zijn erg blij met onze fles water.

Iets na half 4 zijn we terug bij het hotel. De gids zorgt nog voor een pot koffie welke gezet wordt met de koffie van zijn plantage. Dat is wel wat anders dan de Nescafé die we continue te drinken krijgen. Aan de overkant is er nog een winkeltje met leuke souvenirs voor zeer lage prijzen. De man van het winkeltje vertelt over zijn zoon die in het buitenland studeert en vind het leuk om met ons te praten.We eten deze avond in het café aan de overkant, welke ook onderdeel is van het hotel. Wederom valt de elektriciteit uit en eten we weer bij  kaarslicht. Deze keer geen rijst maar frites, een prima maaltijd. ‘s-Avonds pakken wij opnieuw onze koffers in en duiken we onder de warme dekens i.v.m. de kou.

Zondag 29 december 2013

Vroeg ons bed uit en als we willen ontbijten blijkt de keuken nog op te moeten starten. Als eerste krijgen wij ons ontbijt. Om 8 uur moeten we weer op de parkeerplaats buiten het dorp staan. We dalen de weg weer af, eerst boven de wolken, dan in de wolken. Het hele stuk naar Pokhara blijft het mistig. Op de weg is het nog vrij rustig, bij Pokhara wordt het langzaam drukker. Ook zien we vlak voor Pokhara voor het eerst mooie grote huizen. In Pokhara heerst een hele andere sfeer dan in Kathmandu. In Pokhara is er op het moment een Streetfestival gaande. Hiervoor is de gehele straat langs het meer afgesloten. Dit betekent dat we de laatste 10 minuten moeten lopen naar het hotel. Het is dan rond half 11. We nemen afscheid van onze chauffeur die nu gelijk teruggaat naar Kathmandu. Hier rijdt hij toch zeker 7-8 uur over.

Onze kamer in het Trek O’Tel is ruim, maar heeft geen bijzonder uitzicht. We laten toch maar eens wat van onze kleding wassen voor we aan de tweede trekking gaan beginnen. Dan tijd om Pokhara te gaan verkennen. Er hangt hier een gemoedelijke en gezellige sfeer heel anders dan Kathmandu. Het streetfestival betekent muziek, kraampjes en eettentjes. We drinken eens een kop echte koffie en kopen wat souvenirs. We eten in het zonnetje met uitzicht op het meer Phewa Tal. Het is gewoon warm te noemen. Langs het meer lopen toeristen maar ook zien we veel Tibetaanse vluchtelingen zitten op kleedjes met vooral sieraden die ze proberen te verkopen.

Rondom Pokhara zijn een aantal Tibetaanse vluchtelingen kampen. Deze mensen zijn gevlucht toen de Chinezen Tibet binnen kwamen. De mensen zijn nu echter stateloos, hebben geen paspoort en kunnen geen gewoon werk krijgen. Hun enige manier om in hun onderhoud te voorzien is zelfgemaakte sieraden verkopen aan toeristen. Het zijn prachtige dingen, voor echt niet veel geld, maar wat moet je met al die spullen. In de lucht zien we vele paragliders, schermen in alle kleuren vullen de lucht boven het meer.  ‘s-Avonds zoeken we een leuk restaurant uit waar we lekker eten en kletsen we nog een tijdje met een Nederlandse familie, die net terugkomen van een trekking naar Poon Hill. Vanuit ons hotel kunnen we tot laat meegenieten van het feestgedruis.

Maandag 30 december 2013

Eindelijk een keertje uitslapen en rustig opstarten, pas om half 9 zitten we aan het ontbijtbuffet. We huren deze dag fietsen voor de gehele dag. We fietsen de hoofdstraat uit, waar nu weinig activiteit is. We moeten er wel erg in hebben om links te rijden. We fietsen eerst richting oude stad, de weg gaat langzaam omhoog. We steken rotonde’s over, waar je ogen overal moet hebben en komen dat in een gedeelte van de stad waar geen toeristische winkels meer zitten. Ook zien we geen andere toeristen meer. Het is wel een belevenis om hier te fietsen tussen het toeterende verkeer. We zijn nu zelf ook een soort bezienswaardigheid. We komen langs enkele tempeltjes gewoon op de straat en ook nog langs een aantal oude Newari huizen met prachtig houtsnijwerk. Bij de Bhimsentempel kijken we even rond en dan slaan we links af richting busstation. Vlakbij drinken we koffie in een klein restaurantje. Mensen die daar allemaal rondhangen willen graag een praatje met je maken en er zijn er altijd wel een paar die Engels spreken.

Daarna fietsen we verder richting onze eindbestemming, het Tibetaanse vluchtelingenkamp, welke 5 km buiten Pokhara ligt. Het merendeel van de rit is klimmen, en we moeten regelmatig gaten in de weg omzeilen. Door het prachtige weer hebben we eindelijk ook heldere uitzichten op de Himalaya toppen. We stoppen onderweg af en toe om een foto te maken. We “parkeren” onze fiets bij een groep oude mannetjes in het kamp. Dan worden we gelijk aangesproken door alle verkopers van de sieraden. Iedereen wil dat je bij hun kraampje komt kijken en natuurlijk liefst ook iets kopen.

In het klooster neemt een monnik ons mee en mogen wij een kijkje nemen in de bibliotheek, maar ook in de heilige ruimte’s. Hier mag niet gefotografeerd of gefilmd worden, het is erg indrukwekkend om allemaal te zien. Prachtige schilderingen, muziekinstrumenten en een enorme boeddha en vele kleine boeddha’s. De monnik vraagt ons om tot vanmiddag te blijven zodat we om 15 uur ook de heilige ceremonie kunnen meemaken. We eten in een klein Tibetaans restaurantje een maaltje noedels. Op goed geluk want de noedels staan gewoon buiten de koeling en idem de groente. Het smaakt veder prima en we kletsen met enkele Tibetaanse mannen. 1 heeft naast het restaurant een winkeltje en daar moeten we natuurlijk ook weer even komen kijken. We zien niet echt iets wat we willen hebben dus zeggen we er wel over na te denken.

We dwalen nog door de kleine straatjes van het kamp en iedereen is zeer vriendelijk. We zorgen voor 3 uur terug te zijn bij het klooster. We zien de jonge monniken die aan het voetballen zijn in afwachting van de ceremonie. De monnik waar wij eerder de dag mee gepraat hebben komt ons halen en neemt ons mee naar boven. Schoenen uit en op onze sokken mogen we plaats nemen aan de zijkant van de heilige ruimte. 1 voor 1 komen alle monniken met hun rode kledij op blote voeten de ruimte in. Groot en klein, de jongste monnik blijft 5 jaar te zijn. Ze hebben allen een stoffenhoes in de hand met daarin de teksten van de gebeden. Ze nemen allemaal hun plek in op de kussens. Er wordt op de grote gong geslagen en dan gaat het beginnen. Een schouwspel voor ons, met ceremonie’s die wij niet helemaal begrijpen maar ook veel muziekinstrumenten.De jongste monniken zitten soms te spelen, gooien rijst naar elkaar of zitten te dutten.  Als 1 van de oudere dat door heeft worden ze even tot de orde geroepen.

Na ong. 45 minuten verlaten wij de ruimte en lopen we terug naar onze fietsen. Nogmaals moeten we langs de verkopers en nu zijn we toch wel verplicht om iets te verkopen. We kopen nog een klein gebedsmolentje bij 1 van de vrouwen, maar nu wil iedereen dat we iets bij hun komen kopen, al is het maar 1 ding. We zeggen dat we nu echt genoeg hebben en we lopen snel naar onze fietsen en gaan er vandoor. De terugweg is 95% de heuvel af dus dat gaat lekker snel. Echter door alle festiviteiten moeten we het laatste stuk over de markt lopen. Om een paar minuten voor 5 zijn we terug bij ons hotel. Onze gids voor de trekking zou om 5 uur bij ons komen en ja hoor exact om 5 uur gaat onze hoteltelefoon: de gids is gearriveerd. En we zijn blij verrast dat Ram weer voor onze neus staat, het is gelijk weer vertrouwd.  We gaan gezamenlijk koffie drinken en ‘s-avonds ook pizza eten. Daarna is het tijd om onze rugzakken voor de trekking in te pakken. De sokken, die we nog even zelf gewassen hadden willen maar niet drogen, dus maken we nog even een waslijntje voor de airco die we op opwarmen zetten.

Lees verder over onze reis in de 3e week